Перевод: со всех языков на все языки

со всех языков на все языки

ses yeux lancent des éclairs

  • 1 fulmino

    fulmĭno, āre, āvi, ātum [st2]1 - intr. - lancer la foudre. [st2]2 - tr. - foudroyer, frapper de la foudre.    - fulminat (impers.): la foudre tombe.    - Caesar fulminat bello, Virg.: César fait entendre le tonnerre de ses armes.    - fulminat illa oculis, Prop. 4 (5), 8, 55: ses yeux lancent des éclairs.
    * * *
    fulmĭno, āre, āvi, ātum [st2]1 - intr. - lancer la foudre. [st2]2 - tr. - foudroyer, frapper de la foudre.    - fulminat (impers.): la foudre tombe.    - Caesar fulminat bello, Virg.: César fait entendre le tonnerre de ses armes.    - fulminat illa oculis, Prop. 4 (5), 8, 55: ses yeux lancent des éclairs.
    * * *
        Fulmino, fulminas, pe. cor. fulminare. Pli. Fouldroyer, Fulminer.

    Dictionarium latinogallicum > fulmino

  • 2 oog

    1 [algemeen] 〈 ook figuurlijk〉 oeil 〈m.; meervoud: yeux〉
    2 [blik; gezichtskring, ook figuurlijk] (coup <m.> d')oeil⇒ regard 〈m.〉
    3 [sport en spel] point 〈m.〉
    ♦voorbeelden:
    1   de ogen van aardappels • les yeux des pommes de terre
         het oog van de naald • le chas de l'aiguille
         met andere ogen bekijken • voir (qc.) d'un autre oeil
         een blauw oog • un oeil au beurre noir
         iemand een blauw oog slaan • pocher un oeil à qn.
         (niet zichtbaar) met het blote, ongewapend oog • (imperceptible) à l'oeil nu
         het boze oog • le mauvais oeil
         bruine ogen hebben • avoir les yeux marron
         dat is niet met droge ogen aan te zien • 〈 zonder tranen〉 on ne peut s'empêcher de pleurer; 〈 ongeroerd〉 c'est à faire pleurer les pierres
         〈 figuurlijk〉 met eigen ogen zien • voir de ses propres yeux
         een glazen oog • un oeil de verre
         grote ogen opzetten • ouvrir de grands yeux
         zijn ogen zijn groter dan zijn buik, maag • il a les yeux plus grands que le ventre
         iets met lede ogen aanzien • voir qc. d'un mauvais oeil
         een lui oog • un oeil paresseux
         een open oog voor iets hebben • être sensible à qc.
         geen oog dichtdoen • ne pas fermer l'oeil
         zijn ogen gebruiken • ouvrir l'oeil
         zijn ogen niet geloven, vertrouwen • ne pas en croire ses yeux
         ogen hebben van voren en van achteren • avoir des yeux derrière la tête
         oog hebben voor • avoir l'oeil pour
         zijn ogen in zijn zak hebben • avoir les yeux dans sa poche
         alleen oog hebben voor • n'avoir d'yeux que pour
         zij maakt haar ogen op • elle se fait les yeux
         iemand de ogen openen • ouvrir les yeux à qn.
         de ogen openhouden • garder les yeux ouverts
         zich de ogen uit het hoofd schamen • mourir de honte
         haar ogen schieten vuur • ses yeux lancent des éclairs
         de ogen ten hemel slaan • lever les yeux au ciel
         〈 figuurlijk〉 de ogen sluiten voor iets • fermer les yeux sur qc.
         zijn ogen uitkijken (aan iets) • ne pas détacher les yeux (de qc.)
         iemand de ogen uitkrabben • arracher les yeux à qn.
         iemand de ogen uitsteken • faire mourir qn. d'envie
         iemand de ogen uitsteken met zijn luxe • écraser qn. de son luxe
         〈 figuurlijk〉 iemand de ogen verblinden • éblouir qn.
         het oog wil ook wat • ± le plaisir des yeux compte aussi
         door iemands ogen zien • voir par les yeux de qn.
         door het oog van de naald kruipen • l'échapper belle
         oog in oog staan met • se trouver nez à nez avec
         heb je geen ogen in je hoofd? • tu n'as pas les yeux en face des trous?
         iemand recht in de ogen zien, kijken • regarder qn. en face
         met de ogen spreken • avoir des yeux expressifs
         met de ogen knipperen • cligner des yeux
         iemand iets onder vier ogen zeggen • dire qc. à qn. entre quatre yeux
         een gesprek onder vier ogen • un tête-à-tête
         uit zijn ogen zien • 〈 opletten〉 ouvrir l'oeil (et le bon); 〈 op zijn hoede zijn〉 être sur le qui-vive
         voor iemands ogen • sous les yeux (de qn.)
         groen en geel voor de ogen worden • être pris de vertige
         het schemert mij voor de ogen • j'ai la vue trouble
         zijn ogen aan iets te goed doen • repaître ses yeux de qc.
         zijn ogen uit zijn hoofd kijken • se repaître de, à la vue de (qc.)
         zijn ogen goed de kost geven • 〈 ironisch〉 ne pas avoir les yeux dans sa poche; 〈vooral m.b.t. mooie vrouwen〉 se rincer l'oeil
         〈 figuurlijk〉 ogen op steeltjes hebben • faire des yeux comme des soucoupes
         〈 spreekwoord〉 oog om oog, tand om tand • oeil pour oeil, dent pour dent
    2   met een half oog iets zien • entrevoir qc.
         schele, scheve ogen maken, geven • faire des jaloux
         iemand met schele ogen aankijken • être jaloux de qn.
         het oog over iets laten gaan • promener son regard sur qc.
         〈 figuurlijk〉 het oog op iets laten vallen • avoir des desseins sur qc.
         zover het oog reikt • à perte de vue
         〈 figuurlijk〉 het oog slaan, laten vallen op iemand • jeter son dévolu sur qn.
         het oog treffen • frapper les yeux
         aan het oog ontsnappen • se dérober à la vue
         iets aan het oog onttrekken • masquer qc. à la vue
         in het oog houden • 〈 gadeslaan〉 tenir à l'oeil; 〈 niet vergeten〉 ne pas perdre de vue
         in het oog krijgen • 〈 opmerken〉 apercevoir; 〈 begrijpen〉 comprendre
         in het oog lopen • se faire remarquer
         in het oog lopend, vallend • manifeste
         in het oog springen, vallen • sauter aux yeux
         met de ogen verslinden • dévorer (qn., qc.) des yeux
         iets (de werkelijkheid) onder ogen zien • regarder qc. (les choses) en face
         de dood onder ogen zien • envisager la mort
         onder iemands ogen komen • se présenter devant qn.
         iets niet onder ogen willen zien • se mentir à soi-même
         iets onder ogen hebben • avoir qc. sous les yeux
         iemand iets onder het oog brengen • 〈 op iets wijzen〉 faire observer qc. à qn.; 〈 aan het verstand brengen〉 essayer de faire comprendre qc. à qn.
         op het oog • à première vue
         zo op het oog • à vue d'oeil
         iemand, iets op het oog hebben • avoir qn., qc. en vue
         uit het oog raken • disparaître (aux yeux)
         iets, iemand uit het oog verliezen • perdre qc., qn. de vue
         (ga) uit mijn ogen! • hors de ma vue!
         iets voor ogen stellen • 〈 doen zien〉 représenter qc.; 〈 een voorstelling hebben〉 se représenter qc.
         〈 figuurlijk〉 iets voor ogen houden • garder qc. à l'esprit
         〈 figuurlijk〉 een doel voor ogen houden • poursuivre un but
         〈 figuurlijk〉 iemand voor ogen staan • être présent à l'esprit de qn.
         〈 spreekwoord〉 uit het oog, uit het hart • loin des yeux, loin du coeur
         〈 spreekwoord〉 het oog van de meester maakt het paard vet • l'oeil du maître engraisse le cheval
    3   〈 figuurlijk〉 hoge ogen gooien • être bien placé (pour)
         hij wierp, gooide zes ogen • il a jeté un six
    ¶   in hun ogen betekent hij niet veel • à leurs yeux, il a peu de valeur
         met het oog op • en vue de
         met het oog hierop • à cet effet
         iemand naar de ogen zien • ramper devant qn.

    Deens-Russisch woordenboek > oog

  • 3 éclair

    m
    1. (foudre) мо́лния;

    il fait des éclairs — сверка́ют <блиста́ют> мо́лнии;

    il y eut un éclair — сверкну́ла мо́лния ║ un éclair de chaleur — зарни́ца
    2. (vive lumière) вспы́шка ◄е►; про́блеск;

    l'éclair de l'explosion [↑— ослепи́тельная] вспы́шка взры́ва;

    un éclair au magnésium — ма́гниевая вспы́шка, вспы́шка ма́гния; éclair de soleil entre les nuages — про́блеск со́лнца ме́жду ту́чами
    ■ fig. блеск (éclat); и́скра (dim. и́скорка) (étincelle); огонёк (feu);

    les diamants jettent des éclairs — алма́зы [↑ослепи́тельно] сверка́ют

    ║ un éclair de malice (de colère) brilla dans ses yeux ∑ — в его́ глаза́х блесну́ло лука́вство (вспы́хнул гнев); ses yeux lancent des éclairs — его́ глаза́ ме́чут мо́лнии; rapide comme l'éclair — молниено́сный; стреми́тельный; les vacances ont passé comme un éclair — кани́кулы пролете́ли <промелькну́ли> молниено́сно; la guerre éclair — молниено́сная война́, блицкри́г; fermeture éclair [— застёжка-] мо́лния
    3. (courte manifestation) про́блеск; озаре́ние (illumination);

    il a des éclairs de bon sens — у него́ иногда́ быва́ют про́блески здра́вого смы́сла;

    un éclair de génie — гениа́льное озаре́ние
    ║ (moment très court) [кра́тк|ий] миг, [-ое] мгнове́ние;

    il a tout fait en un éclair — он всё сде́лал ∫ с молниено́сной быстрото́й <в мгнове́ние о́ка; в оди́н миг>

    4. (gâteau) экле́р;

    un éclair au chocolat (au café) — экле́р с шокола́дным (с кофе́йным) кре́мом

    Dictionnaire français-russe de type actif > éclair

  • 4 haar ogen schieten vuur

    haar ogen schieten vuur

    Deens-Russisch woordenboek > haar ogen schieten vuur

  • 5 mico

    mĭco, āre, mĭcŭi - intr. - [st2]1 [-] s’agiter (par des mouvements répétés), trembler, sautiller, bondir, palpiter. [st2]2 [-] briller, scintiller, étinceler, briller. [st2]3 [-] jouer à la mourre.    - micat auribus equus, Virg.: le cheval dresse les oreilles.    - micat linguis serpens, Virg.: le serpent darde sa langue.    - micant digiti, Virg.: les doigts se crispent.    - micant artus, Sen.: les membres se contractent.    - corda timore micant, Ov.: les coeurs palpitent de crainte.    - micuerunt nubila flammâ, Ov.: les éclairs sillonnèrent les nues.    - micat ardor ex oculis, Lucr.: ses yeux lancent des flammes.    - micare (digitis): jouer à la mourre (les deux joueurs, poings fermés, allongent ensemble le nombre de doigts qu’ils veulent en criant, au hasard, le nombre de doigts qu’étend l’adversaire; celui qui tombe juste a gagné).    - dignus est quicum in tenebris mices, Cic.: il mérite qu’on joue avec lui à la mourre dans les ténèbres (on peut se fier à lui, on peut s'en rapporter à lui).    - micando victus, Cic.: qui a perdu à la mourre.
    * * *
    mĭco, āre, mĭcŭi - intr. - [st2]1 [-] s’agiter (par des mouvements répétés), trembler, sautiller, bondir, palpiter. [st2]2 [-] briller, scintiller, étinceler, briller. [st2]3 [-] jouer à la mourre.    - micat auribus equus, Virg.: le cheval dresse les oreilles.    - micat linguis serpens, Virg.: le serpent darde sa langue.    - micant digiti, Virg.: les doigts se crispent.    - micant artus, Sen.: les membres se contractent.    - corda timore micant, Ov.: les coeurs palpitent de crainte.    - micuerunt nubila flammâ, Ov.: les éclairs sillonnèrent les nues.    - micat ardor ex oculis, Lucr.: ses yeux lancent des flammes.    - micare (digitis): jouer à la mourre (les deux joueurs, poings fermés, allongent ensemble le nombre de doigts qu’ils veulent en criant, au hasard, le nombre de doigts qu’étend l’adversaire; celui qui tombe juste a gagné).    - dignus est quicum in tenebris mices, Cic.: il mérite qu’on joue avec lui à la mourre dans les ténèbres (on peut se fier à lui, on peut s'en rapporter à lui).    - micando victus, Cic.: qui a perdu à la mourre.
    * * *
        Mico, micas, micui, micare. Virg. Reluire par fois, et non point par une lueur continuelle.
    \
        Micare digitis. Cic. Dresser les doigts, Jouer à la mourre.
    \
        Micat animus. Liu. Tressault.
    \
        Cor timore micat. Ouid. Bat, Tressault, Sautelle, Tremble.
    \
        Auribus micat equus. Virgil. Il ha les oreilles droictes.
    \
        Vbi illi vana iniecerint missilia, tum micent gladii. Liu. Qu'un chascun mette l'espee au poing, qu'on les voye en l'air reluire et flamboyer.
    \
        Micant venae. Cic. Les veines batent, tressaillent.

    Dictionarium latinogallicum > mico

  • 6 lancer

    [lɑ̃se]
    Verbe transitif (jeter) atirar
    (produit, mode) lançar
    Verbe pronominal (se jeter) atirar-se
    (oser) lançar-se
    * * *
    I.
    lancer lɑ̃se]
    verbo
    1 ( atirar) lançar
    lancer un ballon
    lançar uma bola
    lançar o disco
    lancer les papiers par la fenêtre
    atirar os papéis pela janela
    2 (chamas, fumo, bomba) projectar
    ses yeux lançaient des éclairs
    os olhos dele/dela lançavam chispas
    3 ( emitir) lançar
    lancer un cri
    soltar um grito
    4 ( pôr a funcionar) lançar
    5 (produto) lançar
    lancer une mode
    lançar uma moda
    6 ter dores
    ça me lance dans les genoux
    tenho dores nos joelhos
    nome masculino
    (atletismo) lançamento
    le lancer du disque/marteau
    o lançamento do disco/martelo
    II.
    1 (mutuamente) lançar-se
    ils se lancent un ou deux ballons
    atiram uma ou duas bolas um ao outro
    2 ( precipitar-se) lançar-se
    se lancer en avant
    lançar-se para a frente
    3 ( iniciar) lançar-se
    aventurar-se
    ils se lancent dans l'inconnu
    atiram-se para o desconhecido
    se lancer dans la discussion
    lançar-se na discussão
    se lancer dans la politique
    aventurar-se na política
    4 ( obter uma reputação) lançar-se
    il a tout fait pour se lancer
    ele fez tudo para se lançar; ele fez tudo para ganhar um nome

    Dicionário Francês-Português > lancer

См. также в других словарях:

  • lancer — 1. lancer [ lɑ̃se ] v. tr. <conjug. : 3> • 1080; bas lat. lanceare « manier la lance » I ♦ 1 ♦ Envoyer loin de soi et généralement dans une direction déterminée, en imprimant une impulsion. ⇒ jeter, projeter. Lancer des pierres (contre, sur …   Encyclopédie Universelle

  • éclair — [ eklɛr ] n. m. • XIIe; de éclairer I ♦ 1 ♦ Lumière intense et brève, en général sinueuse et ramifiée, provoquée par une décharge disruptive entre deux nuages ou entre un nuage et le sol, lors d un orage. ⇒ 1. foudre; tonnerre. Un éclair… …   Encyclopédie Universelle

  • Chronologie des Royaumes oubliés — Ceci est la chronologie du monde imaginaire Les Royaumes oubliés, décor de campagne pour le jeu de rôle Donjons et dragons. Sommaire 1 Chronologie 1.1 Les Jours du Tonnerre 1.1.1 37000 CV …   Wikipédia en Français

  • Oiseau-tonnerre — Représentation d un oiseau tonnerre sur un totem amérindien L oiseau tonnerre (Thunderbird en anglais) est une créature légendaire à la forme d oiseau, commune aux religions de plusieurs populations amérindiennes d Amérique du Nord. C est un… …   Wikipédia en Français

  • Oiseau tonnerre — Représentation d un oiseau tonnerre sur un totem amérindien L oiseau tonnerre (Thunderbird en anglais) est une créature légendaire à la forme d oiseau, commune aux religions de plusieurs populations amérindiennes d Amérique du Nord. C est un… …   Wikipédia en Français

  • Thunderbird (mythe) — Oiseau tonnerre Représentation d un oiseau tonnerre sur un totem amérindien L oiseau tonnerre (Thunderbird en anglais) est une créature légendaire à la forme d oiseau, commune aux religions de plusieurs populations amérindiennes d Amérique du… …   Wikipédia en Français

  • Slowpoke Rodriguez — Slowpoke Rodríguez Slowpoke Rodríguez Personnage de Looney Tunes Espèce Souris Famille cousin de …   Wikipédia en Français

  • Slowpoke Rodríguez — Personnage de fiction apparaissant dans Looney Tunes Espèce Souris Famille cousin …   Wikipédia en Français

  • La Petite Princesse En Colère — est un conte de littérature d enfance et de jeunesse écrit par Henriette Bichonnier, illustré par Pef, publié en 2004 dans la collection Gallimard album des éditions Gallimard. Sommaire 1 L héroïne 2 Les protagonistes …   Wikipédia en Français

  • La Petite Princesse en colere — La Petite Princesse en colère La Petite Princesse en colère est un conte de littérature d enfance et de jeunesse écrit par Henriette Bichonnier, illustré par Pef, publié en 2004 dans la collection Gallimard album des éditions Gallimard. Sommaire… …   Wikipédia en Français

  • La Petite Princesse en colère — est un conte de littérature d enfance et de jeunesse écrit par Henriette Bichonnier, illustré par Pef, publié en 2004 dans la collection Gallimard album des éditions Gallimard. Sommaire 1 L héroïne 2 Les protagonistes 3 …   Wikipédia en Français

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка:
… Нажмите правой клавишей мыши и выберите «Копировать ссылку»